Gelukkig zijn met je werk is behoorlijk essentieel voor je gehele gevoel van geluk. Voel je je niet op je plek? In betere tijden zou je dan gewoon ontslag nemen en verder gaan kijken. Met de huidige arbeidsmarkt is dat een heel ander verhaal. Je kunt maar beter (ook) je best doen om weer een beetje gelukkig te worden van je huidige werk. Maar hoe? Die vraag wil Jan Dijkgraaf met zijn boek ‘Wake-up Call voor Weekendwensers – Weer Lachend naar je Werk’ beantwoorden. Jammer dat zijn antwoord vervolgens nergens op slaat…
Ongeduldig klop ik met mijn vingers op tafel. ‘Bezig met update 6 van 36. Schakel de computer niet uit.’ Witte letters op een blauw scherm brengen de boodschap luid en duidelijk over. Dit gaat nog even duren. Daaronder een zandlopertje dat maar niet leeggelopen raakt. “Kloteding.” Mijn statement lijkt de gang verder uit het apparaat te halen. Tergend langzaam gaat het apparaat van 6 naar 7 naar 8. Bij 12 begin ik ongeduldig door de kamer te stekkeren… In mijn hoofd ga ik de zinnen af waarmee ik dit bericht zal openen. Iets over haast. En dat ze het langzamer aan moeten doen. Langzaam is beter. Ja man, stukken beter. “Pak die van mij dan”, hoor ik mijn lief roepen vanuit de naastgelegen kamer, “die doet het wel”. Ze bedoelt het vast goed, maar ik ben een getergde Microsoftziel. Daar helpt geen goed woord bij.
Ik weet nog dat mijn ouders in de jaren tachtig als een van de weinigen twee auto’s hadden. Voor hun werk in de gezondheidszorg waren zij hiertoe genoodzaakt. Dat was een grote uitzondering. Weinig gezinnen hadden twee auto’s. Nu hebben veel gezinnen twee auto’s en is het autobezit in 25 jaar tijd gegroeid van 5 miljoen auto’s toen naar bijna 8 miljoen nu. Ook op veel andere terreinen hebben we steeds meer welvaart gekregen. We wonen steeds groter. We hebben steeds meer spullen en apparaten tot onze beschikking. We gaan vaker en verder op vakantie. Noem maar op. Maar deze toegenomen welvaart heeft ook een keerzijde.
Rauwe cacao is helemaal in. Rauwe chocolade wordt koud gemalen en niet gebrand. Hierdoor blijven allerlei goede, fijne stoffen behouden, zoals antioxidanten en stoffen waar je blij van wordt. Lovechock gaat nog verder: hun repen zijn niet alleen van ‘raw cacao’ gemaakt, maar ook nog eens biologisch, veganistisch en op een eerlijke manier geproduceerd. Tijd om te proeven dus!
Hoe ouder ik word, hoe meer ik de indruk heb dat de truc van opruimen niet zo zeer bestaat uit slim opbergen, maar uit slim weggooien. De Japanse opruimgoeroe Marie Kondo bevestigt dat gevoel dubbel en dwars met haar bestseller ‘Opgeruimd! De manier om orde en rust in je leven te brengen’. Van dit boek krijg je echt vreselijk zin om alle nutteloze troep die in je huis slingert in vuilniszakken te proppen. Een heerlijk boek.
Ook ik heb ooit een workshop ‘constructief feedback geven’ (of iets dergelijks) gevolgd. Ik kan mij er eerlijk gezegd weinig van herinneren. Wat wel opviel is dat het vaak niet uitmaakte hoe lief of tactisch je de opbouwende kritiek verpakte: de ontvanger schoot toch wel in de verdediging. Zonde eigenlijk, want zelfs van rotkritiek die nergens op slaat kun je toch nog veel leren. En daarover gaat het boek Feedback is een cadeautje (origineel: Thanks for the Feedback).
Ik ben dol op labels, etiketten en hokjes. Niet omdat ik vind dat mensen voor eeuwig een bepaalde sticker opgeplakt moeten krijgen, maar juist omdat zulke modellen enorm goed helpen bij het beter begrijpen van jezelf en elkaar. En dat is wat mij betreft het startpunt van persoonlijke groei. Enneagram, Belbin, Kolb: allemaal prachtig, maar niets is zo allesomvattend en praktisch als MBTI. De Myers-Briggs Type Indicator is met stip mijn favoriete model om naar verschillen in karakters te kijken. Welk MBTI-type ben jij?
Veel werkende vrouwen blijken er last van te hebben: ze zijn goed in wat ze doen, maar hebben toch het gevoel dat ze vroeger of later door de mand zullen vallen. Volgens coach Vreneli Stadelmaier is dit het ‘impostor syndrome’. In F*ck die onzekerheid zet ze uiteen wat dit syndroom is, hoe je eraan komt en hoe je er weer vanaf komt. De voorbeelden zijn pijnlijk herkenbaar, maar de mogelijke oplossing komt pas in het laatste hoofdstuk aan de orde.