Huis & Tuin

Stappenplan: Zelf een voederhuisje voor vogels maken (met kinderen)

Vogels in de tuin. Wie wil dat nou niet? En dus voeren veel mensen in de winter de mussen, mezen, roodborstjes en allerlei andere vogels wat bij in de tuin. Nuttig, bijvoorbeeld als plaagbestrijding tegen eikenprocessierups, maar ook gewoon erg leuk. Zeker als je kinderen hebt. Sinds kort maakt mijn dochter van 6 foto’s met mijn oude telefoon. Ze probeerde de vogels in onze tuin te fotograferen, maar die zaten te ver van ons raam. Daarom bouwden we samen een voederhuisje voor de vogels in onze tuin, voor vlak bij het raam. Hier ons stappenplan.

Klussen is leuk voor alle leeftijden

Een vogelvoederhuisje maken is niet moeilijk. Met wat oude planken, simpel gereedschap en wat doorzettingsvermogen moet het de meeste mensen wel lukken. Afhankelijk van hoe oud je kind is, kan hij/zij wat meer of wat minder doen. Jonge kinderen zullen vooral kijken hoe hun ouders het bouwen en symbolisch wat meehelpen. Maar dat is ook leerzaam en leuk. Oudere kinderen kunnen misschien wel helemaal zelf een voederhuisje in elkaar zetten. Mijn dochter hielp met het uitmeten, tekende de zij-ingangen voor de vogels, en hielp het huisje in elkaar schroeven. Het zagen deed ik terwijl ze toekeek met enorme gehoorbeschermers op haar oren. Dat hoeft niet heel netjes en precies recht. Vogeltjes geven niet om een kiertje of scheef randje ergens.

Benodigdheden voederhuisje

Om zelf een voederhuisje te maken voor vogels heb je niet veel nodig. De ingrediënten:

  • Een oude plank van hout dat het minimaal enkele jaren volhoudt buiten
  • Een handjevol schroeven
  • Een dun latje
  • Een paaltje

En je hebt ook wat gereedschap nodig:

  • Een rolmaat of liniaal
  • Een potlood
  • Een decoupeerzaag
  • Eventueel een handzaag of elektrische zaag (ik deed alles met de decouperzaag)
  • Een accuboormachine met een klein boortje

Stappenplan vogelvoederhuisje maken

Stap 1a: Zaag de onderdelen van je vogelvoederhuisje op maat
Het voederhuisje bestaat uit slechts 5 plankjes. De precieze maten maken niet zoveel uit. Afhankelijk van het hout dat je toevallig nog ergens hebt liggen, kan het dus dat groter of kleiner, smaller of breder worden. Ik koos voor een huisje van 15 cm breed en 20 cm hoog (exclusief het dakje).

Zaag een plank van 15 bij 55 cm. Zaag die vervolgens in drie delen: één van 15 cm en twee van 20 cm. Het vierkantje van 15 bij 15 wordt de bodem. De twee stukken van 15 bij 20 worden de zijkanten.

Planken voor het voederhuisje op maat

Stap 1b: Zaag de punt in de zijkanten van het vogelvoederhuisje
We willen dat het dak goed afwatert. Een puntdakje werkt dus prima en ziet er ook lekker knus uit. Het makkelijkste kun je werken met een punt van 90 graden (op de foto zie je een andere hoek, maar dat is lastiger). Meet bij de zijkanten het midden van de bovenkant uit. Bij mij zat dat op 7,5 cm. Meet aan de zijkanten ook 7,5 cm vanaf boven af. Verbind beide punten met een lijntje en je hebt een mooie hoek van 45 graden. Doe je dat aan beide kanten, dan heb je een dakje met een nop van 90 graden.

Stap 1c: Zaag het dakje voor het voederhuisje op maat
Om te zorgen dat het dak min of meer waterdicht wordt, moet de ene kant over de andere heen lopen. Daarvoor moet de ene kant dus ook iets langer zijn dan de andere. Het verschil is precies de dikte van je hout. Mijn hout bleek 2 cm dik. Dus de ene dakhelft moest ook 2 cm langer zijn dan de andere helft.

Het dak moet wat breder en langer zijn dan het huisje, zodat het niet te veel kan inregenen. Want dan schimmelt je vogelvoer weg. Ik koos een breedte van 24 cm. De ene kant maakte ik 13 cm lang en de andere 15.

Stap 2: Maak sierlijke zij-ingangen voor de vogels
Om te zorgen dat vogels van alle kanten je huisje in kunnen, maar ook alle kanten op kunnen vluchten als er gevaar is, kun je gaten maken in de zijkanten. Ronde gaten met een diameter van zo’n 6 a 7 cm liggen voor de hand. Maar je kunt er ook hartjes of een andere vorm in zagen. Mijn dochter tekende op de ene een ‘raam’ in een vrij wonderlijke vorm en in de andere een gehaast scheef rondje. Met een decoupeerzaag heb ik die zo precies mogelijk uitgezaagd.

Stap 3: Maak twee latjes zodat het vogelzaad blijft liggen
Om te voorkomen dat het vogelzaad aan de zijkant uit je huisje waait of valt door opvliegende vogels, moet je aan beide kanten een dun opstaand randje hebben. Hoger dan een halve centimeter hoeft het niet te zijn. Maar iets dikker kan natuurlijk ook. Zaag twee latjes op de zelfde lengte als je bodem is. Bij ons was dat 15 cm.

Stap 4: Boor de schroefgaten voor
Als je wilt kun je je kind het voederhuisje nu in elkaar laten zetten met spijkers. Maar schroeven zijn net wat steviger en maakt het huisje wat robuuster. Daarom koos ik voor schroeven. Ik koos 3,5*30 schroeven. Maar 4*40 of 3*30 werkt waarschijnlijk ook prima. Het ligt natuurlijk een beetje aan hoe dik je hout is. Om te zorgen dat het hout niet splijt en de plankjes goed tegen elkaar trekken, kun je het beste voorboren.

Boor de schroefgaten even voor

Je boort met een boortje van bijvoorbeeld 3 mm door het eerste hout heen. Dus niet of slechts een beetje in het hout waar de punt van de schroef in eindigt. Zo glijdt de schroef makkelijk door de eerste plank, maar heeft hij veel grip in de tweede en trekt hij die tegen de eerste aan.

Stap 5: Schroef het voederhuisje in elkaar
Schroef eerst de zijkanten aan de onderkant. Je hebt dan al snel iets dat op een huisje lijkt. Drie schroeven per kant zou genoeg moeten zijn. Schroef daarna de twee latjes op de open kanten van de bodem, zodat je vogelzaad niet uit het huisje valt.

Dochter Emily (6) schroeft het dak op het voederhuisje voor vogels

Schroef vervolgens de korte helft van het dakje op het huisje. Het kan handig zijn om dit met een extra set handen te doen. Want hiermee zet je de wiebelige zijkanten vast. De bovenkant moet precies gelijk lopen met de schuine kant van de andere kant, zodat het tweede dakdeel er mooi strak tegenaan kan. Tot slot bevestig je het tweede dakdeel op dezelfde manier, maar laat dat net wat over het eerste deel heen lopen.

Je voederhuisje is nu af!

Stap 6: Zoek een goede plek voor het voederhuis in je tuin
Nu is het tijd om je vogelvoederhuis een mooie plek te geven. Je kunt bijvoorbeeld een paaltje de grond in slaan en hem daar op schroeven (dan heb je een grondboor en moker/ flinke hamer nodig). Maar je kunt hem ook zijwaarts aan de schutting schroeven (in dat geval heb je aan een zijkant voor niets een gat gemaakt en kun je beter het dak aan die kant ook niet laten uitsteken. En met wat creativiteit kun je het huisje ook ophangen.

Ons voederhuis staat op een paaltje vlak voor het raam bij de eettafel

Kies altijd een plek waar vogels veilig kunnen eten. Hoog genoeg dat katten er niet zomaar bij kunnen.

Wachten maar!
Strooi een paar handjes vogelzaad in je voederhuisje en wacht af. Bij ons doken de eerste brutale koolmezen en pimpelmezen na ongeveer 20 minuten al op!

Vogelvoer

Aanvullende tips
Maak je huisje klein genoeg zodat grotere vogels als kraaien, kauwen, eksters, sperwers e.d. er niet in kunnen. Zo kunnen mussen, mezen en roodborstjes ongestoord eten zonder opgejaagd of opgegeten te worden.

Er kan natuurlijk een klein beetje regenwater door het kiertje in het dak stromen. Je kunt het dak helemaal waterdicht maken door er dakleer op te maken. Het vogelzaad blijft dan nog beter droog en het hout zal langer goed blijven. Zelf had ik geen stukje dakleer liggen en koos ik de low-budget oplossing.

Pas op met verf en lijm. Het lijkt een leuk idee om het huisje vrolijk te verven of de houtjes aan elkaar te lijmen. Maar lijm en verf bevatten schadelijke stoffen die afbladderen en zo in je tuin komen. En je hebt kans dat vogels afgeschrikt worden door de geuren en kleuren van lijm en verf.

Kies een plek in de buurt van een struik of kleine boom die bescherming biedt. Tijdens het eten zijn vogels kwetsbaar. Ze kunnen niet zien of er een roofvogel aankomt die ze van boven wil aanvallen. Of een kat of ander dier die van onderen aankomt. Vaak zie je ze daarom eerst naar een struik in de buurt van je voederplaats vliegen. Daar zitten ze tussen de takken veiliger. Ze checken vervolgens even rustig of de kust veilig is, en vliegen dan naar het voederhuis. Sommige soorten pakken dan een zaadje, vliegen terug naar de struik, en peuzelen het daar veilig op.

De maten van ons vogelvoederhuisje
Zoals gezegd maken de precieze maten niet zoveel uit. Maar voor de volledigheid hier de maten die wij hebben gebruikt:

  • onderkant: 15 bij 15 cm
  • zijkanten: 15 bij 20 cm (bij de punt)
  • dakdeel 1: 24 bij 13 cm
  • dakdeel 2: 24 bij 15 cm
  • latjes: 15 cm lang

Welke vogels komen op jouw voederhuis af?
Hopelijk helpt dit stappenplan je om zelf een voederhuis voor vogels te bouwen. Wellicht met kinderen. Natuurlijk lees ik graag in de reacties hieronder of het gelukt is, of je nog aanvullende tips hebt en vooral welke vogels er allemaal opdoken!

Remi van Beekum on LinkedinRemi van Beekum on Twitter
Remi van Beekum
Permacultuur/voedselbos @ De Hommelgaard
Permacultuur/voedselbos @ de Hommelgaard | Ondernemer @ Kiemfabriek | online communicatie voor duurzame/sociale bedrijven | gitaarmuziek | duurzaamheid | man van Cecile | vader van Emily | Eext/Drenthe