Eten & Drinken

Recept: bami zonder pakjes met groente uit eigen tuin (ook nog vegan!)

Ik ben zelf eigenlijk niet zo’n fan van bami, maar mijn dochter is er dol op. Prima, dan eten we elke maand een keertje bami, maar dan wel op mijn manier. Geen pakjes, maar alles zo veel mogelijk zelfgemaakt. Met groente uit onze eigen moestuin. Groente ook nog die mijn dochter anders liever niet eet (wortel en palmkool), maar verwerkt in bami met smaak naar binnen harkt. En dan ook nog helemaal vegan. Ik heb er een jaar over gedaan om dit recept voor vegan bami te perfectioneren en ben er inmiddels helemaal blij mee. De hoeveelheden van dit recept eten wij met z’n 3-en op, maar is denk ik ook genoeg voor 2 volwassenen en 2 kinderen.

Doei, doei pakjes & hallo moestuin

In dit recept voor vegan bami komen meerdere recepten samen waarmee ik pakjes, zakjes en ander voorverpakt gedoe in ons huishouden heb verminderd. Het meest gemakkelijk is wel het zelf marineren van de tofu. Een kleine moeite en veel goedkoper (en vermoedelijk gezonder) dan een doosje met stukjes gemarineerde tofu van de supermarkt. Het zelf maken van de kruidenmix was een no-brainer. In die zakjes van de supermarkt zit vooral zout. Zelf maken is heel simpel, mits je de juiste specerijen in huis hebt. Ik heb een beetje een obsessie qua kruiden en specerijen en heb er inmiddels zo’n 70 verschillende. Piece of cookie dus! En dan de vegan pindasaus. Mijn recept hiervoor is een van mijn culinaire triomfen. Veel minder zout dan zo’n potje uit de supermarkt, geen stiekeme melk erin en als ik zin heb gemakkelijk helemaal biologisch te maken. En dan de groente: in de zomer hebben we echt een overschot aan komkommers in onze kas. En bovendien veel wortel, stengelui (lente-ui) en palmkool. Wat later in de zomer hebben we ook wat paprika en chilipeper. Allemaal perfect voor in de bami!

Oogst voor vegan bami!

Maar… ik wil niet de hele dag in de keuken staan voor bami!

Dit lijkt een reusachtig recept en dat is het misschien ook wel. Zeker als je het voor de eerste keer maakt. Voor mij stelt het inmiddels niet meer zo veel voor. Dat komt omdat ik standaard wat porties zelfgemaakte vegan pindasaus in de vriezer heb zitten. Ik maak in één keer genoeg vegan pindasaus voor zo’n 7 porties en hoef dus maar één keer te koken voor 7 keer pindasaus. Verder is het voor mij een kleine moeite om ’s ochtends vooraf aan de werkdag even de komkommer in plakjes te schaven en de tofu te marineren. Zelf je kruidenmix maken is ook maar twee minuten werk. Gewoon een kwestie plannen dus. Toch wat te veel van het goede? Maak dan eerst een deel zelf en gebruik een deel van de winkel. Zo wen je aan delen van het recept en kun je altijd nog nieuwe onderdelen toevoegen aan je repertoire.

Mijn eigen homemade vegan pindasaus.

Onderdelen van de vegan bami zonder pakjes met groente uit de moestuin

  • Mie (duh!) – 300 gram, gewoon zo’n doos van de supermarkt
  • Gemarineerde en vervolgens gebakken tofu – tofu, tamari, 5 spice mix (dat kun je vast ook zelf maken, trouwens)
  • Groente uit eigen tuin – stengelui (bosui / lente-ui / salade-ui), palmkool, zomerwortel, paprika, eventueel een chilipeper
  • Specerijenmix – zout, gemalen laos, gemalen korianderzaad (ketoembar), gemalen komijn (djinten), gemalen geelwortel (kurkuma / koenjit), gemberpoeder (djahé), gemalen citroengras (sereh), knoflookpoeder, kaneel
  • Zure komkommertjes – komkommer, zout, witte suiker (bv gewoon van suikerbiet), witte azijn (zoals rijstazijn, maar wijnazijn is ook lekker)
  • Huisgemaakte vegan pindasaus – verse gember, knoflook, appelciderazijn, kokosmelk, pindakaas (puur pinda), ketjap, sesamolie (goede kwaliteit), citroensap, suiker (bijvoorbeeld palmsuiker)
  • Verder nog voor erbij – seroendeng en sambal (let op dat je sambal vegan is; wij zijn zelf dol op de sambal brandal van Koningsvogel)
Gemarineerde tofu.

1. Marineer je tofu met Chinese vijfkruidenpoeder en tamari

Doe dit de avond van te voren of in de ochtend. Ik gebruik een blok biologische tofu van 250 gram van ProLaTerre. De blokken tofu van bijvoorbeeld de AH en Lidl zijn groter. Gebruik je die, doe er dan ook wat meer marinade bij. Of bewaar een deel van de tofu nog een paar dagen in de koelkast voor een ander recept. Anyway, 250 gram tofu. Snijd deze in blokjes en doe in een afsluitbare bak. Doe er een 1 eetlepel Chinese vijfkruidenpoeder en 2 eetlepels tamari bij. Deksel erop en even goed schudden. Zet in de koelkast voor later.

Komkommer in zout.

2. Start met je plakjes zure komkommer

Doe dit in de ochtend. Schaaf je komkommer in dunne plakjes en doe ze in een kom. Doe er flink wat zout bij. Het mag gerust zo’n 2 procent van het gewicht van de komkommer zijn. Kneed 30 seconden ofzo met je handen en zet vervolgens op kamertemperatuur weg, bijvoorbeeld met een bord erop of zo’n ‘stolp’ van vliegengaas.

Het afronden van de zure komkommertjes doe je gedurende het koken van de bami. Knijp zo veel mogelijk vocht uit de plakjes komkommer. Doe ze in een leuk kommetje en voeg 1 theelepel witte suiker en 1 eetlepel witte azijn toe. Ik vind rijstazijn het lekkerst en meest passend, maar witte wijnazijn of gewone standaard azijn is ook prima. Even goed mengen en klaar alweer.

3. Maak je eigen vegan pindasaus / satésaus

Dit zou ik zelf dus nooit op de dag zelf doen. Ik maak één of twee keer per jaar in één keer drie of vier keer mijn eigen recept voor vegan pindasaus. Bijvoorbeeld als mijn favoriete pindakaas (JORI) in de aanbieding is of ik een half blik kokosmelk over heb. Maak je de pindasaus toch vandaag? Dan zou ik de helft maken van het originele recept.

Mix voor bami met allemaal losse specerijen. Heel simpel eigenlijk.

4. Maak de kruidenmix voor bami (of eigenlijk specerijenmix)

Zelf een kruidenmix maken is zo simpel. Gewoon een bakje en een maatschepje uit de kast pakken en scheppen maar. Dat scheelt een hoop zinloze potjes in de kast en zo kun je de bamimix eventueel ook makkelijk biologisch maken. Doe het volgende bij elkaar in een potje of bakje:

  • 1 theelepel zout
  • 1 theelepel gemalen laos
  • ½ theelepel gemalen korianderzaad (ketoembar)
  • ½ theelepel gemalen komijn (djinten)
  • ½ theelepel gemalen geelwortel (kurkuma / koenjit)
  • ½ theelepel gemberpoeder (djahé)
  • ½ theelepel gemalen citroengras (sereh)
  • ½ theelepel knoflookpoeder
  • ¼ theelepel kaneel
Snackpaprika in onze kas.

5. Oogst de juiste groenten uit je moestuin (of koop gewoon, ik word niet boos)

  • ongeveer 100 gram stengelui (bosui / lente-ui / salade-ui)
  • ongeveer 100 gram palmkool
  • ongeveer 400 gram wortel
  • ongeveer 100 gram paprika / snackpaprika
  • eventueel een chilipeper

Bereiding vegan bami: nu kun je eindelijk echt gaan koken!

  1. Was en snijd alle groente. De wortel in dunne plakjes. De paprika in reepjes. Verwijder van de palmkool de dikke nerf in het midden en snijd de rest in dunne reepjes. Snijd de stengelui in halve maantjes. Gebruik je ook een chilipeper? Snijd deze dan in ringetjes en zet ze apart in een klein kommetje voor op tafel of bak ze straks mee tegelijk met de paprika.
  2. Plakjes wortel flink aanbakken.
  3. Neem een grote braadpan. Doe hier een flinke scheut zonnebloemolie of iets vergelijkbaars in. Bak de plakjes wortel op een flink hoog vuur met de deksel op de pan. Ze hoeven niet te karamelliseren, maar je hoeft niet heel lief voor ze te zijn. Af en toe even omscheppen. Na een minuut of tien zijn de plakjes wortel zacht.
  4. Bak ondertussen de tofu knapperig en bruin in een koekenpan in wederom een flinke scheut zonnebloemolie.
  5. Zet vast water op voor de mie. Verwarm ook de pindasaus. Rond de zure komkommer af zoals beschreven bij het zouten van de komkommer. Dek de tafel inclusief sambal en seroendeng.
  6. Kook 300 gram mie in ruim water. Dit duurt eigenlijk altijd 8 minuten.
  7. Alle groente + de bami-mix in de pan.
  8. Terwijl de mie kookt en de tofu knapperig wordt, voeg je de paprika (en chilipeper eventueel), palmkool en stengelui toe aan de wortel. Bak een paar minuten aan. Voeg vervolgens ook de bami-kruidenmix toe, schep nog even door en zet dan het vuur uit.
  9. Gekookte mie in een vergiet. Even afspoelen met koud water maakt echt een wereld van verschil!
  10. Giet de gare mie in een vergiet in de gootsteen. Spoel kort af met koud water. Dit is een belangrijke stap die ervoor zorgt dat je mie stopt met doorgaren. Hiermee voorkom je dat je bami een plakkerige bende wordt.
  11. Voeg zowel de mie als de tofu bij het groentemengsel. Even goed mengen, bijvoorbeeld met een houten lepel. De bami is nu klaar om op tafel gezet te worden. Opscheppen aan tafel vind ik zelf het handigst met een spaghettilepel. Niet zo authentiek, wel heel praktisch.
  12. Je hebt nu een gezellig gedekte tafel met een pan bami, een kom zure komkommers, misschien nog wat ringetjes chilipeper, een pannetje pindasaus, seroendeng en sambal. Allemaal vegan, allemaal lekker. Eet smakelijk!
Een tafel vol. Eet smakelijk!
Cecile Bol on LinkedinCecile Bol on PinterestCecile Bol on TumblrCecile Bol on TwitterCecile Bol on Wordpress
Cecile Bol
Schrijver / dichter / foodie @ Hommelgaard
Zelfstandig ondernemer met tekstbureau Studio Vuurvogel || Dichter, vooral in het Engels || Gezin met Remi, Emily, poes & wat kippen